woensdag, 03 maart 2021

Maart 2021 - Gaat consolidatie in de Nederlandse zorgsector door?

Volgens veel strategieconsultants gaan alle sectoren en industrieën door een consolidatiefase waarvan het eindresultaat is dat een beperkt aantal organisaties overblijven die de sector zullen beheersen. Het is natuurlijk de vraag of dit juist is. Bovendien kan de vraag worden gesteld hoe sectoren moeten worden gedefinieerd (geografie, mate van specialisatie, verschillen tussen sectoren, etc.). In deze bijdrage staat de vraag centraal in welke consolidatiefase de Nederlandse zorgsector zich bevindt?

Wanneer we kijken naar de recente geschiedenis, zien we dat het marktaandeel van grote aanbieders (omzet groter dan €100 miljoen per jaar) in alle sectoren is gestegen.

Tabel 1: Aandeel omzet van grote organisaties van totale omzet in sector (2014 en 2019)

Maart21T1

De kleinste stijging was in de ziekenhuizensector (ZKH), maar deze sector was in 2014 al de meest geconsolideerde sub-sector in de Nederlandse gezondheidsmarkt. De grootste stijging in het marktaandeel van grote organisaties zien we in de gehandicaptensector (GHZ). Hierin hadden de grote organisaties met een omzet van meer dan €100 miljoen 8.3% meer marktaandeel in 2019 dan in 2014. Ook in de GGZ-sector is een duidelijke groei van het marktaandeel van grote aanbieders te zien (4.2%). In de ouderenzorg (VVT) is de toenamen beperkt tot 1.2%

In eerdere nieuwsbrieven heb ik geschreven over wat de mogelijke verklaringen zijn voor de verschillen in consolidatie tussen de sectoren met een focus op de GGZ en VVT-sectoren. Voor de ziekenhuissector is het duidelijk dat het belang van grootschaligheid verband houdt met onder meer de benodigde investeringen in apparatuur en deskundigheid vanwege de complexiteit van de zorgverlening. Voor de VVT-sector is de zorg- en dienstverlening minder complex, zijn de benodigde investeringen lager en hebben de cliënten een duidelijke voorkeur de dienst dicht bij huis af te nemen. Voor de GHZ en GGZ-sectoren is de situatie een mix van de hiervoor genoemde factoren.

Interessant is wat we de komende jaren kunnen verwachten. Gaat de trend van consolidatie zich voortzetten? Zullen er verschillen zijn tussen de verschillende sub-sectoren? Wat zal dit betekenen voor individuele organisaties in de Nederlandse zorgmarkt?

Ik signaleer een aantal ontwikkelingen die kunnen leiden tot verdere consolidatie:

  • Continue druk van overheid en zorgverzekeraars om kosten te verlagen, waardoor zorgorganisaties op zoek blijven naar schaalvoordelen in inkoop etc.
  • Organisaties die groter willen worden (onder meer door fusies) om meer tegenwicht te kunnen bieden in onderhandelingen met verzekeraars.
  • Schaalvergroting om investeringen in nieuwe technologieën mogelijk te maken.
  • Het creëren van mogelijkheden voor (innovatieve) financieringsvormen.
  • Schaalvergroting via ketens (ouderenzorg, tandartszorg, GGZ, ZBCs, etc.) om commerciële redenen.

Het is interessant dat er ook bewegingen te zien zijn die juist tegen de trend van consolidatie in gaan. We zien in de Nederlandse zorgsector enkele voorbeelden van grotere organisaties die een andere focus kiezen dan schaalvergroting. In de ziekenhuissector is er een periode geweest met veel fusies, maar dat lijkt momenteel minder te zijn. In de laatste 12-18 maanden is een aantal fusietrajecten stop gezet of afgeblazen. De redenen hiervoor zijn meestal een mengsel van organisatorische problemen (cultuur, onenigheid over te sluiten locaties/afdelingen, etc.) en een grotere focus op alternatieven zoals regionale samenwerking. Ook in andere sectoren zoals de GGZ zijn er recentelijk voorbeelden van grote organisaties die besloten hebben om zich op te splitsen in kleinere, meer flexibele organisaties vanwege de strategische mogelijkheden. De focus op portfolio strategie zal komende jaren zeker een thema worden en het is te verwachten dat meer zorgorganisaties activiteiten zullen afstoten. Dit zal leiden tot een (tijdelijke) vermindering van omzet en minder marktaandeel voor grote organisaties.

Wanneer we kijken naar de sub-sectoren zal naar verwachting de consolidatie van de ziekenhuissector niet verder groeien en misschien zelfs afnemen. Het proces waarbij ziekenhuizen zich gaan focussen op kerngebieden en waarbij het planbare zorg in toenemende mate wordt ondergebracht in gespecialiseerde (commerciële) ketens zal de trend van schaalvergroting remmen.

In alle sectoren verliest de middengroep (omzet tussen €10-100 miljoen) marktaandeel. Deze trend is het sterkst in de GHZ en GGZ-sectoren. In deze sectoren zien we ook dat de kleinste aanbieders (omzet minder dan €10 miljoen) marktaandeel winnen.

Tabel 2: Verandering marktaandeel per sector 2014-2019

Maart21t2

Deze trend zal zich waarschijnlijk voorzetten. In zowel de GGZ als de GHZ sector zijn er goede mogelijkheden voor kleine gefocuste (commerciële) aanbieders. Gelijktijdig zal de complexiteit van de geboden zorg stijgen en de behoefte aan grotere investeringen in vastgoed en IT toenemen. Dit zal betekenen dat de positie van de tussenlaag van organisaties steeds moeilijker wordt en het marktaandeel van grotere organisaties zal toenemen.

De VVT-sector is de minst geconsolideerde sub-sector en ook de sector met na ziekenhuizen de minste verandering in consolidatie in de periode 2014 tot 2019. Dit zal waarschijnlijk veranderen. Organisaties in de VVT-sector moeten antwoorden vinden op een aantal grote uitdagingen zoals het meer scheiden wonen en zorg en de noodzaak om het aanbod te vergroten en te veranderen (richting “assisted living”). Grotere organisaties zullen eenvoudiger financiering voor investeringen kunnen krijgen, aantrekkelijker werkgevers kunnen worden en beter kunnen investeren in nieuwe domotica oplossingen. Verder zullen de commerciële ketens (Orpea, Korian, etc.) de groei voortzetten en hun activiteiten verbreden van de huidige focus op het topsegment naar grotere groepen cliënten.

Wat betekent dit voor individuele organisaties? Ten eerste is het belangrijk dat groter worden nooit een doel in zichzelf kan zijn. Consolidatie in de sector(en) is niets meer dan een van trends waar in de eigen strategie rekening mee moet worden gehouden. Verder moeten organisaties in de strategiebepaling en visie op de eigen schaalgrootte antwoorden geven op vragen als:

  • Wie zijn mijn concurrenten, nu en in de toekomst? Waarom en hoe gaan ze concurreren?
  • Wat zijn de te verwachten technologische ontwikkelingen? En wat moet ik doen om deze te implementeren? (Kennis in huis, investeringen, etc.)
  • Hoe kan ik positieve exploitatieresultaten blijven maken? Hoe kan ik het kostenniveau beïnvloeden?
  • Wat zijn financieringsbronnen? Wat moet ik zijn en doen om daar gebruik van te kunnen maken?

Afhankelijk van de antwoorden op deze (en andere) vragen kan het zijn dat een conclusie is dat de huidige organisatieomvang te klein is en dat schaalvergroting nodig is. Een vervolgvraag is dan hoe de schaalvergroting het best plaats kan vinden.

Wanneer u vragen hebt over consolidatie en/of schaalvergroting voor uw organisatie neem dan gerust contact op.